Adventsproject 2015

Adventsproject 2015

Thema: Op weg naar Bethlehem!

 

Inleiding:

Dit adventsproject gaat over verhalen in de Bijbel die in of rondom het stadje Bethlehem spelen.

Bethlehem, een plaats in Israël, (nu een Palestijnse stad op de Westelijke Jordaanoever)

betekent: ‘broodhuis’. Die naam heeft het te danken aan de vruchtbare akkers rondom de stad. Even verderop is de woestijn van Juda waar nauwelijks meer iets groeit.

Aan Bethlehem is de naam van koning David verbonden. David is de achterkleinzoon van Ruth die vanuit het buitenland in Israël kwam. Daarmee zet Bethlehem als het ware zijn poorten open voor de volken buiten Israël. De profeet Micha meldt dat er een grote Koning zal komen uit Bethlehem. Jozef en Maria mogen de ouders zijn van deze grote Koning die in Bethlehem geboren wordt. Maar deze grote Koning wordt niet in een paleis geboren. Nee, Hij komt als een arme baby en slaapt in een voerbak. De plaats waar normaal gesproken hongerige dieren eten tot ze genoeg hebben. ‘Zo’, zegt Jezus ‘ben Ik als brood voor mensen en verlang Ik ernaar dat zij verzadigd worden met liefde en vrede als ze Mij kennen.’

 

1e advent: 29 november 2015

Ruth komt in Bethlehem aan.

Schriftlezing: Ruth 1 (Bijbelvertaling: NBV)

                        Ruth 4 : 13 – 17

Dit verhaal gaat over mensen die vertrekken uit Bethlehem en weer terugkomen in Bethlehem.

De mensen in Bethlehem hebben honger. De oogst is mislukt. In het ‘huis van brood’ (dat betekent Bethlehem) wordt geen brood meer gebakken. Elimelech en Naomi besluiten om te gaan verhuizen naar Moab, een ander land.  In Moab trouwt hun zoon Machlon met Ruth en Chiljon met Orpa. Maar dan gebeuren er hele verdrietige dingen: Elimelech sterft, en ook Machlon en Chiljon. Naomi hoort dat er weer voedsel is in Israël en besluit terug te gaan naar Bethlehem. Ruth gaat met haar mee. ‘Want’ zegt Ruth: ‘uw volk is mijn volk en uw God is mijn God!’ Arm en verdrietig komen ze in Bethlehem aan. Ruth gaat korenhalmen oprapen en komt op het land van boer Boaz. Boaz ziet de buitenlandse Ruth en wil al snel met haar trouwen. Hij gaat naar de stadspoort om het huwelijk te bespreken. Boaz en Ruth trouwen en krijgen een zoon: Obed. Later krijgt die zoon zelf een zoon en die zoon krijgt weer een zoon en dat is David, de koning van Israël.

 

Link met advent:

In het nieuwe testament staat het geslachtsregister van de Here Jezus. (Mattheus 1)

Boaz, Ruth, Obed, Isaï en David staan allemaal in het geslachtsregister van Jezus.

 

2e advent: 06 december 2015  Viering Heilig Avondmaal

David wordt tot koning gezalfd in Bethlehem.

Schriftlezing: Ruth 4 : 18 – 22 (Bijbelvertaling: NBV)

1 Samuël 16 : 1 – 13

In Israël is Saul koning. Maar Saul houdt niet meer van de Here God en is geen goede koning meer. De profeet Samuël heeft tegen Saul gezegd dat God een nieuwe koning zal aanwijzen. Als Saul aan die woorden denkt, wordt hij altijd erg boos.

Op een dag krijgt Samuël een belangrijke boodschap van de God: ‘ga met een kruik olie naar boer Isaï die in Bethlehem woont en zalf één van zijn zonen tot koning van Israël.’ Samuël vindt het een gevaarlijke opdracht. Als Saul erachter komt… In Bethlehem komen één voor één de zonen van Isaï bij Samuël. Als Samuël de oudste zoon ziet, lang en knap, weet hij zeker dat dit de juiste zoon is. God vertelt Samuël echter dat Hij niet naar het uiterlijk kijkt, maar naar iemands hart.  Bij geen van de zeven zonen zegt God: ‘deze is het!’ Dan blijkt er nog een zoon te zijn in het veld bij de schapen. Een knappe jongen met roodbruin haar. ‘Déze jongen heb Ik uitgekozen om koning te zijn’ laat God weten aan Samuël. En Samuël zalft David. Hij giet olijfolie over zijn hoofd. Dat is een manier om iemand in dienst van God te stellen. God kiest David uit om koning van Israël te worden. Maar voorlopig gaat David terug naar zijn schapen. Het is nog een geheim dat hij koning wordt. Koning Saul mag het nog niet weten.

 

Link met advent:

De Here Jezus wordt vaak ‘Zoon van David’ genoemd. Jezus is een afstammeling van David.

Ook wordt Jezus ‘Messias’ genoemd. Dat betekent letterlijk: ‘gezalfde’. David werd ook gezalfd.

David en Jezus zijn allebei in Bethlehem geboren.

David was koning in Israël en Jezus is Koning over de aarde.

 

Link met Heilig Avondmaal:

Bethlehem betekent ‘huis van brood’. In de kerkzaal wordt Heilig Avondmaal gevierd; dan eten mensen een stukje brood en drinken ze een slokje wijn. Dat doen ze omdat ze in Jezus geloven. Jezus is in de ‘stad van brood’ geboren en Hij zegt later dat Hij zelf het Brood is dat leven geeft. Maar ook dat dit Brood eerst gebroken moet worden. Daarmee bedoelt Hij dat Hij is gestorven aan het kruis. Bij het Avondmaal denken we dus aan Jezus die ons leven geeft doordat Hij voor ons is gestorven en opgestaan.

 

3e advent: 13 december 2015

Uit jou Bethlehem komt iemand voort…

Schriftlezing:  Lukas 1 : 26 – 38 (Bijbelvertaling: NBV)

                        Micha 5 : 1 – 4

In het stadje Nazareth woont Maria. Haar verloofde Jozef is timmerman. Alle twee zijn ze nakomelingen van David. Maar er is geen koning meer uit Davids geslacht. Er zijn veel Romeinse soldaten en de huidige koning Herodes komt uit Edom. Veel mensen in Israël verlangen ernaar dat er weer iemand van Davids familie koning wordt. Want ze verwachten dat die hen kan bevrijden van de Romeinen.

Maria is in huis bezig. Opeens schrikt ze van een helder licht. Het is een engel! Hij zegt: ‘wees niet bang Maria. Je zult een Kindje krijgen. Hij zal de Zoon van God zijn en op de troon zitten van Koning David. Je moet Hem Jezus noemen.’ Maria is heel verbaasd. ‘Hoe kan dat nou? Ik ben nog niet eens getrouwd met Jozef!’ Maar de engel zegt: ‘Voor God is niets onmogelijk.’  Maria zegt: ‘Als God het zo wil, dan is het goed.’ Dan is de engel weer weg.

Maria moet veel over de woorden van de engel nadenken. Misschien heeft ze ook wel gedacht aan de woorden van de profeet Micha die vroeger leefde: ‘Bethlehem, u bent één van de kleinste steden in Juda, maar toch zult u de geboorteplaats zijn van onze koning, die al eeuwen leeft.’

 

4e advent: 20 december 2015

Jozef gaat naar de stad van David die Bethlehem heet.

Schriftlezing: Mattheüs 1 : 18 – 24 (Bijbelvertaling: NBV)

                        Lukas 2 : 1 – 5

Na het bezoek van de engel, merkt Maria dat ze zwanger is. Jozef, de verloofde van Maria, komt er ook achter en gaat twijfelen of hij wel met haar kan trouwen. Op een nacht krijgt Jozef een droom. Een engel vertelt hem in die droom dat Maria niets verkeerds gedaan heeft. Haar kind is de Zoon van God. Jozef moet Hem de naam Jezus geven. Die naam betekent dat Hij mensen redt uit hun zonden.

De volgende morgen herinnert Jozef zich wat de engel gezegd heeft en niet lang daarna trouwt hij met Maria. Dan krijgen ze te horen dat Keizer Augustus wil weten hoeveel mensen er in zijn grote Romeinse rijk wonen. Iedereen moet naar de plaats van zijn voorouders gaan. Jozef en Maria moeten naar Bethlehem, omdat zij afstammen van de familie van koning David. En koning David is ook in Bethlehem geboren. Het is best een verre reis, zeker voor Maria die hoogzwanger is. Maar er zit niets anders op.

 

Kerst: 25 december 2015

Jezus in Bethlehem geboren.

Lukas 2 : 1 – 20 (Bijbelvertaling: NBV)

Buiten het stadje Bethlehem, in het veld, zijn ’s nachts een paar herders bij elkaar met hun schapen. Een paar herders houden de wacht, want er kunnen ook roofdieren komen. Terwijl ze zitten te praten bij een vuurtje, is er plotseling stralend licht om hen heen. In dat licht zien ze een engel! De engel zegt: ’wees niet bang!  Ik heb jullie iets belangrijks te vertellen. Vannacht is de Heiland geboren, Christus, de Here, in Bethlehem, de stad van David. Hij ligt in een kribbe met doeken om zich heen’. En plotseling wordt het nog veel lichter! Heel veel engelen prijzen God en zingen: ‘Ere zij God in de hoge, en vrede op aarde bij mensen die Hem liefhebben!’.

Opeens is het weer donker bij de herders. Ze zeggen tegen elkaar: ‘We gaan meteen naar Bethlehem om te zien of het waar is wat ons is verteld’. In Bethlehem vinden ze een stal waar Jozef, Maria en het Kind verblijven. Ze lopen meteen naar de kribbe waar de Baby in ligt. Verbaasd kijken Jozef en Maria naar de herders. Hoe weten ze dat hier een Kindje is geboren? Dan vertellen de herders over de engelen in het veld en over de boodschap die ze hebben gehoord. Maria en Jozef luisteren aandachtig. Maria is de enige die zeker weet dat het echt waar is wat de herders vertellen. Dat God echt  Zijn Zoon naar de aarde heeft laten komen. Maria onthoudt alles goed van deze bijzondere nacht. De herders gaan terug naar de schapen en al lopend prijzen ze God om alles wat ze gehoord en gezien hebben.

 

Creatieve verwerking:

Buiten de kerk, in de hal van de kerk en in de kerkzaal staan her en der bewegwijzeringsborden om de richting naar Bethlehem aan te geven.

Aan het begin van de kerkdienst geeft de predikant de kindernevendienst (KND) ruimte om het adventsproject toe te lichten.

De leiding van de KND vraagt de kinderen uit de kerk naar voren te komen.

Op de beamer wordt een sheet vertoond met op de achtergrond de stad Bethlehem en op de voorgrond vijf lege ruimtes voor pasfoto’s. Iedere adventszondag wordt een pasfoto toegevoegd:

1e advent:         Ruth

2e advent:         Ruth en David

3e advent:        Ruth, David en Maria

4e advent:        Ruth, David, Maria en Jozef

Kerst:               Ruth, David, Maria, Jozef en de herder

 

Eén van bovenstaande personen komt ook iedere zondag als figurant (verkleed in oosterse kleding) de kerkzaal binnenwandelen ‘op weg naar Bethlehem’. Tussen de leiding van de KND en de figurant ontstaat een korte samenspraak:

 

1e advent:         Figurant Ruth:

Leiding: Kijk eens wie daar aankomt! Goedemorgen, kunt u het vinden?

Ruth: Nou, ik heet Ruth en ik woon hier nog niet zo lang, dus ik weet de weg nog niet zo goed in Bethlehem. Eigenlijk kom ik uit een ander land, uit Moab.

Leiding: Zo, dat is heel ver weg!

Ruth: Zeker! Ik ben pas met mijn schoonmoeder Naomi naar dit dorp verhuisd. Zij woonde hier vroeger. Jammer genoeg hebben we niet zoveel geld om eten te kopen. Daarom ben ik op zoek naar de akkers waar het graan groeit. Ik heb gehoord dat arme mensen het graan dat tijdens het maaien op de grond valt, mogen oprapen en meenemen naar huis. Kunnen jullie mij vertellen waar ik een akker kan vinden?

Leiding wijst ‘akker aan’ (richting hal van de kerk)

Ruth: fijn, bedankt!

 

2e advent:         Figurant David:

Leiding: Hallo, kunnen we je ergens mee helpen?

David: Hallo, ik ben David. Ik woon hier in Bethlehem, samen met mijn ouders en 7 broers. Maar vandaag is er zoiets bijzonders gebeurd!

Leiding: O ja, wat dan?

David: Eigenlijk mag ik het niet vertellen, want het is nog een geheim. Als onze koning Saul erachter komt….! Maar als jullie beloven het niet door te vertellen, kan ik wel iets zeggen over wat er gebeurd is.

Leiding: Wij vertellen het niet door.

David: Samuel, de profeet, kwam naar Bethlehem toe, en hij zalfde mij! Hij goot allemaal olie over mijn hoofd! Nou, dat betekent iets heel bijzonders, dat zullen jullie nog wel merken! Tot ziens!

 

3e advent:         Figurant Maria:

Leiding: Goedemorgen! U ziet er blij uit!

Maria: Ik heb zo iets bijzonders meegemaakt! Ik moet er telkens aan denken! Ik was in huis bezig en plotseling was er een engel bij mij. Ik schrok natuurlijk, maar de engel zei dat ik niet bang hoefde te zijn.

Leiding: Tjonge, dat is bijzonder, een engel!

Maria: De engel vertelde mij dat ik een kindje zal krijgen! En weet je wat hij ook nog zei? Dat mijn Kindje later koning zal zijn! Ik weet dat de profeet Micha vroeger gezegd heeft dat de koning in Bethlehem geboren zal worden. Misschien moet ik daar wel heen gaan binnenkort…

Leiding: Nou, als je erheen moet, is het die kant op.

Maria: Dag.

 

4e advent:         Figurant Jozef:

Leiding: Goedemorgen, kunnen we u helpen?

Jozef: Ja, jullie kunnen mij wel helpen. Is dit de goede weg naar Bethlehem? We willen er graag zo snel mogelijk zijn. We moeten ons in Bethlehem laten inschrijven van de keizer. De keizer wil alle mensen in het land tellen. Omdat onze opa’s uit Bethlehem kwamen, moeten we daar nu naartoe.

Leiding: En waar komen jullie dan vandaan?

Jozef: Zelf wonen we in Nazareth. Het is een verre reis voor ons. Zeker voor mijn vrouw Maria, zij krijgt al bijna een kindje!

Leiding: Dat is wel erg vermoeiend voor Maria. Gelukkig zijn jullie er bijna. Bethlehem is die kant op. (wijst richting podium)

Jozef: Nou, bedankt voor het wijzen van de weg! Dag!

 

5e advent:         Figuranten herders:

Leiding: Goedemorgen, zoeken jullie iets?

Herders: We hebben zo iets bijzonders meegemaakt! We zaten vannacht rustig bij onze schapen, maar ineens was het helemaal licht om ons heen. Er was een engel, die tegen ons zei dat onze Redder is geboren!

Leiding: De Redder? Waar is die dan geboren?

Herders: In Bethlehem! Hier dus! We zijn Hem nu aan het zoeken; een pasgeboren kind in een doek in een voerbak.

Leiding: In een voerbak? Voor de dieren? Daarin verwacht je toch niet dat de Redder wordt geboren?

Herders: Nee, dat is zo. Maar de engel heeft het wel zo gezegd, dus wij gaan snel verder zoeken.

 

Na de creatieve verwerking worden de adventskaarsen aangestoken, elke zondag één kaars meer. Daarna wordt het stapellied gezongen met pianobegeleiding.

 

In de kindernevendienst wordt elke keer gezongen, gebeden, een verhaal verteld en maken de kinderen een tekening of een werkje toegespitst op hun leeftijd.

 

Stapellied adventsproject 2015

Thema:            Berichten uit Bethlehem.

Melodie:           ‘in Bethlehems stal’

  1. Croft

Muziekbundel:  Johannes de Heer 613 / Op Toonhoogte 70

Tekst:              Jozien Baars

 

1e advent:

In Bethlehems’ veld loopt Ruth door het graan;

ontheemd, zonder man; hoe moet het nu gaan?

Maar Boaz ontfermt zich; haar lot neemt een keer.

Ze wordt zelfs familie van Jezus de Heer!

 

2e advent:

In Bethlehems’ straat moet Samuël zijn.

Een koning zoekt hij; maar wie zal het zijn?

Ach David, de jongste, nog niet zo geacht,

wordt straks echt de koning waar Isr’el op wacht.

 

3e advent:

Van Bethlehems’ streek is lang reeds voorzegd:

‘een Heerser komt straks’, maar kómt Hij ook echt?

Nou, luister, een engel daalt neer op Gods tijd.

Maria zegt zachtjes: ‘dan ben ik bereid…’

 

4e advent:

Naar Bethlehem stad is Jozef gegaan.

Bezorgd kijkt hij rond; want waar klopt hij aan?

Hij denkt aan de droom toen de engel hem zei:

‘God wil voor Maria een man zoals jij!’

 

5e advent:

In Bethlehems’ veld breekt dwars door de nacht

een stem  -met goed nieuws!-  al heel lang verwacht:

‘het Kind is geboren dat jou redden zal!

Het ligt in de kribbe van Bethlehems’ stal.’