Adventsproject 2016

Adventsproject 2016

Thema: ‘laten we lezen… over wie Ik ben!’

Dit adventsproject sluit aan bij het jaarthema: ‘laten we lezen…’
En het ligt voor de hand dat we dan in de adventstijd gaan lezen over Jezus omdat we straks met Kerstfeest de geboortedag, de verjaardag willen vieren van Jezus.
Komende adventszondagen laten we Jezus zelf aan het woord. Wie zegt Hij zelf dat Hij is?
Johannes, een hele goede vriend van Jezus, heeft veel opgeschreven over wat Jezus van zichzelf heeft gezegd. ‘Ik ben’ zegt Jezus ‘als de deur, de goede herder, het brood, de weg, de waarheid, het leven, de wijnstok en het licht.’
Al deze woorden zeggen iets belangrijks over Jezus en helpen ons om Hem beter te leren kennen. Het is héél belangrijk om Jezus te kénnen, want Jezus is de wegwijzer naar God. Jezus vertelt en laat zien wie God de Vader is. ‘Als je Mij kent’, zegt Jezus, ‘dan ken je ook Mijn Vader in de hemel. En weet je, Mijn Vader heeft jou zó lief dat Hij Mij geboren liet worden en zelfs liet sterven om jou te redden en voor altijd het leven te geven.’
De opdracht van zijn Vader om Mens te worden was niet gemakkelijk voor Jezus, maar Hij heeft het volgehouden omdat Hij enorm veel van zijn Vader houdt en van de mensen die door zijn Vader geschapen zijn. Ook van jou!

1e adventszondag, 27-11-2016:
Thema: Ik ben de deur voor de schapen en de goede herder.
Schriftlezingen: Johannes 10:1-18 / Ezechiël 34:1-2 en 9-12

Vandaag is het de 1e adventszondag. Advent betekent dat we ergens op wachten. We wachten op het feest van Jezus’ geboorte: Kerstfeest. Eerst was Hij een baby, maar later werd Hij een grote man, een leraar, een rabbi. Hij heeft toen veel verhalen verteld aan mensen. Daarmee wilde Hij de mensen iets leren. Heel vaak noemde Hij in zijn verhalen alledaagse voorbeelden, om het begrijpelijk te maken. Veel gewone mensen luisterden naar Hem, maar er stonden ook vaak Farizeeërs bij, dat waren de leiders van het volk die heel veel wetten en regels hadden gemaakt om God te dienen. Ze werden vaak boos op Jezus als Hij weer een verhaal had verteld. Want Jezus wilde hen duidelijk maken dat je God met je hart moet dienen en niet alleen met wetten en regels.
Vandaag neemt Jezus een herder als voorbeeld. ‘Ik ben de goede herder en de deur voor de schapen’, zegt Hij.
In Israël zijn veel herders, dus de mensen weten meteen dat het om een sterke man gaat die op zijn kudde schapen moet passen.
De herder gaat overdag met zijn schapen naar de wei en ’s avonds roept hij zijn schapen weer bij elkaar, en brengt hij hen naar de stal of de schaapskooi. Dat is vaak een ommuurde ruimte met een deur. ’s Nachts zit er een wachter voor de deur. Iedereen kent de herder. De wachter voor de deur kent de herder en alleen de herder mag de stal binnenkomen. Soms komt er wel eens een dief die een schaap rooft. Die dief komt dan niet door de deur, maar klimt stiekem over de muur.
Er zijn herders die een eigen kudde hebben. Dat zijn de goede herders. Maar soms wordt voor een kudde schapen een herder gehuurd. Sommige huur-herders zorgen niet zo goed voor de kudde. Ze rennen bijvoorbeeld weg als er een gevaarlijke wolf aan komt.

Weet je wat Jezus bedoelt?
De kudde schapen lijkt op de mensen die geloven in Jezus. Al die mensen bij elkaar vormen samen de kerk van Jezus. Jezus, de goede herder, roept de mensen bij elkaar in de kerk. De mensen voelen zich veilig bij Jezus. Het is goed als mensen luisteren naar Jezus.
De dief lijkt op iemand die zegt: je moet níet naar Jezus luisteren; luister maar naar een andere boodschap, dat is veel beter. Als je doet wat de dief zegt, dan kan je geloof verdwijnen. Dan ben je opeens buiten de schaapskooi! De dief heeft je geroofd!
Jezus zegt ook dat Hij de deur voor de schapen is. Alleen door de deur kunnen de schapen naar buiten of naar binnen om te gaan eten of om te gaan slapen. Zo ben ik als een deur, zegt Jezus. Door Mij is het leven mogelijk.
De huur-herder lijkt niet op Jezus. Toen het gevaarlijk werd in het leven van Jezus, toen is Hij niet weggerend. Jezus wist: Ik ben de redder van de mensen en daarom moet Ik sterven aan het kruis. Dat heeft Hij gedaan. En daarom is Hij de goede herder die zijn leven geeft voor de schapen.
Wat fijn dat Jezus naar de aarde is gekomen. Hij is de herder en ik ben zijn schaap! Als het nodig is, draagt de herder zijn schaap. Zo goed zorgt God voor mij!

2e adventszondag, 4-12-2016:
Thema: Ik ben het brood.
Op deze zondag wordt het Heilig avondmaal gevierd.
Schriftlezingen: Johannes 6:10-14 en 26-40

Vandaag is het de 2e adventszondag. We luisteren weer naar een verhaal van Jezus waarin Hij een alledaags voorbeeld noemt.
Vandaag neemt Jezus een brood als voorbeeld. ‘Ik ben het brood’, zegt Hij.
Veel mensen moeten denken aan gisteren. Toen is er een wonder gebeurd. Enorm veel mensen waren naar Jezus toegekomen. Jezus vertelde verhalen, sprak over de liefde van God en genas mensen. Eind van de middag zei Hij tegen Filippus; ‘waar kunnen we brood vandaan halen voor de mensen?’ Andreas kwam eraan en zei: ‘hier is een jongetje met vijf broden en twee vissen. Veel is het niet.’
Jezus liet iedereen in kleine groepjes zitten. Hij dankte God en brak het brood in stukken. Toen gebeurde er een wonder! Jezus gaf hoe langer hoe meer brood aan de discipelen. Steeds meer, er kwam geen eind aan. Voor iedereen was er genoeg! Er bleven zelfs nog twaalf manden over.
En vandaag komen er weer veel mensen naar hem toe. ‘Jullie zoeken mij zeker omdat jullie weer brood willen eten?’ ‘Ja’, zeggen de mensen, ‘zoals vroeger toen ons volk de lange reis door de woestijn maakte en er elke dag manna (soort broodkruimels) uit de hemel kwam.’ Jezus zegt: ‘Ik ben het brood uit de hemel om te leven. Zoals je iedere dag brood nodig hebt, zo heb je Mij nodig. Als je dit brood eet, dan krijg je eeuwig leven.’

Weet je wat Jezus bedoelt?
Vandaag is het Heilig Avondmaal in de kerk. De dominee breekt het brood en hij schenkt de wijn in een mooie beker. Dan wordt het uitgedeeld. Het Avondmaal is een soort plaatje van het sterven van Jezus. Kijk maar: het brood wordt in stukken gebroken. Net als Jezus’ lichaam is stukgemaakt aan het kruis. De wijn stroomt in de beker. Net als Jezus’ bloed uit zijn handen stroomt aan het kruis. Door het kruis wil God mijn zonden vergeven. Het is weer goed tussen God en mij! God laat dat zien bij het Avondmaal. Jezus kreeg de straf van God. Jezus is mijn Redder!
Wat fijn dat Jezus naar de aarde is gekomen. Om mij te redden.

3e adventszondag, 11-12-2016
Thema: Ik ben de wijnstok
Schriftlezingen: Johannes 15:1-17

Vandaag is het de 3e adventszondag. We luisteren weer naar een verhaal waarin Jezus een alledaags voorbeeld noemt.
Vandaag neemt Jezus de wijnstok als voorbeeld. ‘Ik ben de wijnstok’, zegt Hij.
Jezus heeft net een moeilijk gesprek met zijn leerlingen gehad. De leerlingen zijn een beetje verdrietig en verward. Jezus heeft gezegd dat Hij weggaat, en dat er iemand anders zal komen in Zijn plaats. Dat is de Heilige Geest. ‘En’, zegt Jezus, ‘Ik laat ook mijn vrede bij jullie achter. Daardoor hoef je niet bang of ongerust te zijn.’
Dan gaat Jezus vertellen over de wijnstok:
‘Jullie weten toch hoe druiven groeien? Een wijnstok, een soort struik, komt uit de grond en daaraan groeien ranken (takken) en aan die ranken komen druiventrossen. De wijnstokken staan bij elkaar in de wijngaard en de baas van de wijngaard is de wijnbouwer.
Aan sommige ranken komen geen druiven. Dat komt omdat ze losgescheurd zijn van de wijnstok. Ze verdorren en de wijnbouwer snoeit ze weg.
Maar aan de ranken die stevig vast zitten aan de wijnstok, daar komen de druiven aan. De wijnbouwer kijkt er naar en wordt blij. Hij kan de vruchten plukken en eten of er druivensap of wijn van maken, of taart.

Weet je wat Jezus bedoelt?
God de Vader is de baas van de wijngaard, de wijnbouwer.
Jezus is de wijnstok en de mensen die in Hem geloven zijn de ranken.
Het is heel belangrijk om in Jezus te blijven geloven. Dan blijft de rank stevig vastzitten aan de wijnstok. En dan gaat er iets moois bloeien: vruchten van geloof. Bijvoorbeeld: liefde, blijdschap, geduld, goedheid, vrede, vriendelijkheid, trouw.
Als je niet meer gelooft in Jezus, dan komt de rank los van de wijnstok en dan verdort de rank. Er komen geen mooie vruchten van geloof aan. Zonde!
‘Luister’, zegt Jezus, ‘ook al ga ik weg en kun je mij niet meer zien, tóch blijven we met elkaar verbonden. Zoals een rank aan de wijnstok verbonden is, zo horen we altijd bij elkaar..’
Wat fijn dat Jezus dat gezegd heeft. Met Kerstfeest vieren we dat Hij naar de aarde kwam. En ook al is Hij later weer weggegaan, tóch weet ik dat Hij bij mij is. We horen bij elkaar.

4e adventszondag, 18-12-2016
Thema: Ik ben de weg, de waarheid en het leven.
Schriftlezingen: Johannes 13:33-14:6

Vandaag is het de 4e adventszondag. We luisteren weer naar een verhaal waarin Jezus een alledaags voorbeeld noemt.
Vandaag neemt Jezus de weg als voorbeeld. ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven’, zegt Hij.
Jezus zit met zijn leerlingen aan tafel. Het is eigenlijk een feestmaaltijd, maar Jezus vertelt dingen waar de leerlingen van in de war raken. Jezus zegt dat Hij weggaat naar de woonplaats van zijn Vader waar heel veel huizen zijn. Hij vertelt dat er in de hemel heel veel mensen kunnen wonen en dat Hij er naar toe gaat om alles klaar te maken. Als dat gebeurd is, komt Hij de mensen die van Hem houden halen. Dan mag iedereen bij Hem in de hemel zijn. ‘Vertrouw maar op Mij!’, zegt Jezus, ‘jullie weten nu welke weg Ik ga,’
‘Dat weten we helemaal nog niet’, zegt één van de leerlingen. Dan zegt Jezus: ‘Ik ben de weg naar de Vader. Dat is de waarheid; het is écht waar! En als je op die weg wandelt, blijf je leven, ook al ben je gestorven.

Weet je wat Jezus bedoelt?
God de Vader is groot, machtig en heilig. Mensen zijn zondig, ze doen veel verkeerde dingen. God wil dat mensen van Hém houden en van elkáár. Maar de mensen luisteren niet naar God. Zo is er een kloof gekomen tussen God en mensen. Daarom verdienen mensen straf. Maar die straf is zó groot. Wie moet die straf dragen? Jezus wil helpen. Hij is de zoon van God. Jezus is mens geworden en Hij zegt: geef Mij de straf! En dan sterft Hij aan het kruis. Jezus heeft een weg gemaakt over de kloof heen. Zo kunnen mensen weer bij God de Vader komen.
Nu is Jezus in de hemel bij God. Daar maakt Hij alles klaar voor een hele belangrijke dag. Op die dag komt Jezus terug op aarde. Dan is Hij rechter. Hij maakt een eind aan het kwaad. Hij is ook redder. Iedereen die in Hem gelooft, mag voor altijd wonen op de nieuwe goede aarde. Dicht bij God en dichtbij Jezus!
Wat fijn dat Jezus de weg is naar God de Vader. Ik kan die straf van God niet dragen, maar Jezus wel! Wat houdt God veel van mensen dat Hij Jezus die weg liet gaan!

Kerstfeest, 25-12-2016
Thema: Ik ben het licht voor de wereld.
Schriftlezingen: Johannes 1: 1-5 / Johannes 8:12 / Jesaja 8:23-9:1

Vandaag is het Kerstfeest. We vieren de geboortedag van Jezus! Opnieuw luisteren we naar een verhaal waarin Jezus zichzelf vergelijkt met een alledaags voorbeeld. ‘Ik ben het licht’, zegt Hij.
Jesaja is een profeet, een bijzondere knecht van God. Hij geeft woorden van God door. Heel lang geleden zei hij: ‘mensen leven in het donker, maar er zal een stralend licht komen’. Jesaja bedoelt dat het donker, zoals oneerlijkheid, ziekte, honger, geweld zal weggaan door de komst van het licht, van Jezus, de redder.
En op een nacht is Jezus echt geboren. Zijn vader Jozef en moeder Maria zijn op weg gegaan van Nazareth naar Bethlehem. Het is heel vervelend dat er geen plaats is in de herberg van Bethlehem om te overnachten. Een lege stal is er wel. En daar wordt ’s nachts een zoon geboren. Jozef en Maria weten dat het de zoon van God is. Dat heeft een engel verteld. Maar verder weet bijna niemand dat. Toch komen eind van de nacht een paar herders helemaal verbaasd en verwonderd langs. Ze vertellen van een geweldig mooi licht, van een engel die zei dat er een redder geboren is en van een heel leger engelen uit de hemel die zongen over ‘vrede op aarde.’
Later, als Jezus al een grote man is, kijkt Hij naar de grote tempel in Jeruzalem. Hij ziet de mooie kandelaars branden, want het is feest in de tempel. Dan zegt Hij: ‘Ik ben het licht voor de mensen op de aarde. Zonder licht kunnen de mensen niet leven.’

Weet je wat Jezus bedoelt?
God de Vader hoort bij het licht. Hij is licht! De vijand van God, de duivel, maakt alles donker. Hij wil dat mensen in het donker leven. God wil dat mensen in het licht leven. God stuurt Jezus. Als je in Jezus gelooft, en luistert naar Hem, leef je weer in het licht.
Eigenlijk moeten we kiezen tussen licht en donker, tussen goed en kwaad. God wil je daarbij helpen. In de Bijbel lees je wat God graag wil. De Bijbel is net een lamp. En als je kiest voor het licht, dan hoor je bij het licht en ga je dingen doen van het licht, zoals vriendelijk zijn, helpen, eerlijk zijn en andere mensen vertellen van God. Zo lijk je op Jezus!
Wat fijn dat Jezus het licht is voor de donkere wereld! Als we kerstfeest vieren, zien we daar allemaal voorbeelden van: het stralende licht van de engel, de kaarsen die branden, de ster die schijnt…

Creatieve uitwerking:
Aan het begin van de kerkdienst geeft de predikant de kindernevendienst (KND) ruimte om het adventsproject toe te lichten.
De leiding van de KND vraagt de kinderen uit de kerk naar voren te komen.
Aan de kinderen wordt gevraagd om een spel/quiz mee te spelen. Ze moeten het antwoord raden op de vraag: ‘Wat heeft de Here Jezus gezegd over zichzelf? Ik ben……‘
Telkens kunnen de kinderen kiezen uit drie personen of voorwerpen. Ze mogen bij de persoon of het voorwerp gaan staan waarvan zij denken dat dat het goede antwoord is.
De leiding van de KND geeft het goede antwoord en licht kort toe waarom dat zo is.

Op de beamer verschijnt na het raden van het goede antwoord een plaat.
1e advent: een plaat van een herder met schaapje
2e advent: een plaat van een brood
3e advent: een plaat van een druiventros aan een wijnrank
4e advent: een plaat van een weg
Kerst: een plaat van een stralend licht

De keuzemogelijkheden bij het spel/de quiz:

1e advent: (Ik ben de goede herder en Ik ben de deur)
De kinderen moeten tussen de volgende verklede personen kiezen:
Persoon die verkleed is als kok.
Persoon die verkleed is als herder
Persoon die verkleed is als politie

2e advent: (Ik ben het brood)
De kinderen moeten tussen de volgende voorwerpen kiezen:
Een zak aardappelen
Een zak pasta (spaghetti)
Een brood

3e advent: (Ik ben de wijnstok)
De kinderen moeten tussen de volgende voorwerpen kiezen:
Een tak met peren
Een tak met appels
Een tak met druiventrossen

4e advent: (Ik ben de weg, de waarheid en het leven)
De kinderen moeten tussen de volgende voorwerpen kiezen:
Een foto van een weg
Een foto van een verkeerslicht
Een foto van een zebrapad

kerst: (Ik ben het licht)
De kinderen moeten tussen de volgende voorwerpen kiezen:
Een zwarte kijkdoos waarin het donker is
Een witte kijkdoos waarin een ster brandt

Na het spel worden de adventskaarsen aangestoken, elke zondag één kaars meer.
Daarna wordt het stapellied gezongen met pianobegeleiding.

In de kindernevendienst wordt elke keer gezongen, gebeden, een verhaal verteld en maken de kinderen een tekening of een werkje toegespitst op hun leeftijd

Stapellied voor advent 2016:
Melodie: lied 416 (uit Liedboek 2013): ‘Ga met God en Hij zal met je zijn.’ (oorspronkelijke tekst: ‘God be with you till we meet again.’)
Muziek: Ralph Vaughan Williams
Tekst: Jozien Baars

Intro:
Jezus, Heer, die mij bij name kent,
Zoon van God, als kind geboren;
ik wil graag meer van U horen:
‘Here Jezus, leer mij wie U bent?’

1e advent:
‘Ik, Ik ben zoals de deur voor jou,
en ik nodig schapen binnen,
want Ik wil iets moois beginnen.
Ik, de goede herder, zorg voor jou!’

2e advent:
‘Ik, Ik ben zoals het brood voor jou.
En wanneer je brood gaat breken,
mag je over Mij zó spreken:
neem en eet en proef: Ik hou van jou!’

3e advent:
‘Ik, Ik ben zoals de wijnstok is,
diep geworteld in de aarde
geef Ik jou als rankje waarde
als er vruchten groeien rijp en fris.’

4e advent:
‘Ik, Ik ben zoals de weg voor jou
naar de Vader, hoogverheven.
Ik ben waarheid en het leven.
Kom, dan loop Ik samen op met jou!’

Kerstfeest:
‘Ik, Ik ben zoals het licht voor jou.
Ik zal schaduwen beschijnen.
Dood en zonde zal verdwijnen!
Wandel in Mijn licht; het straalt op jou!’